6 april 2009

Geen Salafisten en Geen Taliban op klompen

Het is te wensen dat het Islam-debat eens een keer in alle hevigheid en wat mij betreft op diverse fronten tegelijk zal worden bevochten. De tijd van theedrinken moet eens voorbij zijn. De antithese zal openbaar moeten komen.

Zelfs de CU kruipt nu uit zijn christelijk-sociale cocon in de persoon van Gert Jan Segers die volmondig beweert dat er van de Islam een dreiging uit gaat waar we niet aan voorbij kunnen en mogen lopen.
Al gaf hij mij even het gevoel dat dit toch wel een one-mans actie van Segers is. Zou Huizinga ook in zijn denkgroepje zitten?
(lees ook "Moslims prikkelen tot debat")
Segers heeft net als dr. Hans Jansen, Geert Wilders en vele anderen jarenlang in het Midden Oosten geleefd en heeft de druk van de valse ideologie van de Islam aan den lijve ondervonden.
Ik ben dan ook erg nieuwsgierig naar de uitkomst van het islamcongres van de CU afgelopen zaterdag.

Jammer dat Segers de SGP (nota bene hun mede-strijders) in het openbaar af moet vallen en zelfs met salafisten vergelijkt.

citaat GJS: Met de SGP is het verschil ook groot. Die partij probeert, althans op papier, het theocratisch beginsel overeind te houden en is onduidelijk over godsdienstvrijheid. Zeker, ik ken SGP’ers als vreedzame en vriendelijke burgers. Vergelijkingen met de taliban zijn daarom volstrekt ongepast. Maar wat hun overheidsvisie betreft –het hoge woord moet er nu maar uit– zie ik wel overeenkomsten met de salafisten.
einde citaat

Segers, je weet als geen ander wie en wat salafisten zijn, en je weet ook goed wie SGP-ers zijn. Deze vergelijking past niet. Zeker niet als je weet dat de collegapartij veel kritischer ten opzichte van de Islam staat dan je eigen christelijk-sociale beweging tot op heden heeft laten zien.
Daarbij doet het absoluut geen goed om de strijd tegen de Islamisering zonder de SGP in te gaan. Juist omdat jullie "vrijer" in het publieke debat staan kan de CU een stimulerende rol vervullen voor de SGP en ook voor het CDA. Door de SGP zo neer te zetten creeer je geen antithese tussen de Islam en de Christenen maar tussen de christenen onderling. Jammer!

De SGP heeft al eerder werk gemaakt van hun positie in het Islamdebat. Denk alleen maar aan de gedegen Islamnota die geen ene andere partij heeft liggen en waar zelfs Ayaan Hirshi Ali, maar ook Hans Jansen zeer positief over waren.
De regelmatige lezer van dit blog weet dat ik mij in het SGP standpunt t.o.v. de Islam niet altijd kan vinden en dat ik het idee heb dat de SGP nog steeds niet verlost is van het "spagaat-gevoel" met betrekking tot godsdienstvrijheid, gewetensvrijheid, theocratie, eigen refo-zuiltje etc.
Mijn wens is dat daar verandering in gaat komen. De SGP MOET af van zijn imago dat de partij een Nederlandse variant van de Taliban is. En hier kan de partij zelf veel aan doen.

Nu heeft de europarlementarier waar ik het meeste respect voor heb (en niet omdat hij een SGP-er is, maar o.a. omdat deze bevlogen en intellectuele man weet waar hij over praat) samen met zijn medewerker een prachtige paragraaf geschreven in het nieuwe boek
EINDSTRIJD van prof. dr. Hans Jansen.

Beste mede-conservatieven, mede-christenen, sociaal democraten en liberalen:

DE SGP-ers zijn geen Salafisten en de SGP is geen Taliban op klompen.

Hieronder een lezenswaardige samenvatting.

SGP lijkt in niets op taliban


„Uiteindelijk gaat het om de vraag of een meerderheid in staat is zich te vergissen. De SGP wil deze mogelijkheid zeker niet uitsluiten.”

De geregeld gemaakte vergelijking tussen de SGP en de taliban gaat volkomen mank, betogen Bas Belder en Dick Jan Diepenbroek in de donderdag verschenen bundel ”Eindstrijd. De finale clash tussen het liberale Westen en een traditionele islam”.

Een land kent reële en ingebeelde bedreigingen. Als politieke partij ben je niet goed af wanneer je tot de laatste categorie behoort maar toch stelselmatig tot de eerste wordt gerekend. Dat laatste overkomt de SGP.

Eén concreet voorbeeld. In het Europees Parlement achtte een liberale afgevaardigde van Nederlandse komaf zich geroepen haar SGP-collega toe te voegen: „De VN pakken die talibanpartij van jou goed aan!”

Bevreemdend én vervreemdend is de parallel tussen moslimfundamentalisme en de SGP waaraan het seculiere discours in Nederland zich stelselmatig bezondigt. Tijd voor een fundamenteel weerwoord aan degenen die zich in wezen geen raad weten met de reële bedreiging uit islamitische hoek en ter bezwering een christelijke pendant creëren in de SGP.

Binnen de islam zijn religieuze en politieke macht ongescheiden. In de praktijk ontstaat daardoor een soort staatskerk of kerkstaat. De situatie in bijvoorbeeld de Islamitische Republiek Iran is echter onvergelijkbaar met het theocratische gedachtegoed van de SGP. Deze partij streeft geen kerkstaat na, waarin staat en kerk vermengd zijn.

Het theocratische denken van de SGP heeft als eerste grondnotie de soevereiniteit van God, waarmee gezegd wil zijn dat het gezag van de overheid afkomstig is van God. Dit betekent dat christenen de overheid dienen te gehoorzamen, of deze nu christelijk is of niet.

Een tweede aspect van het theocratische denken van de SGP ligt hierin dat de geboden van God heilzaam zijn voor heel de samenleving. Dat heeft niets met religieuze dictatuur te maken. Een liberaal of een socialist is er net zo van overtuigd dat een samenleving het meest gediend is bij een liberale respectievelijk socialistische vormgeving.

Een belangrijk punt dat het islamitisch denken nadrukkelijk onderscheidt van het gedachtegoed van de SGP is het gebruik van geweld. Binnen de islam bestaat de wens om de hele wereld te onderwerpen aan de islam. Om dit doel te bereiken is het toegestaan om afvalligen of ongelovigen met geweldsuitingen te confronteren.

Binnen de SGP bestaat de overtuiging dat de normering van de samenleving aan Gods geboden een heilzame uitwerking zal hebben op die samenleving. Dit neemt niet weg dat geweld ten enenmale wordt afgewezen. Deze keuze voor het christelijk geloof moet voortkomen uit innerlijke overtuiging.

De Koran reikt moslimgelovigen op verschillende plaatsen de mogelijkheid van geweld aan, hoewel gelukkig lang niet alle Koranexegeten voor deze interpretatie kiezen. Het probleem ligt evenwel in het feit dat er een groep uitleggers is die dit wel doet.

Gewetensvrijheid

De in de praktijk nogal tegenvallende mate van tolerantie binnen islamitische landen jegens aanhangers van andere religies contrasteert scherp met het denken hierover binnen de SGP. De SGP staat in een eeuwenlange traditie van gegarandeerde gewetensvrijheid om de eigen religie te beoefenen.

De SGP erkent de democratische rechtsstaat boven elk ander politiek stelsel; niet in de laatste plaats vanwege het feit dat de democratie garandeert dat de macht niet bij één of enkele personen berust. Dit neemt evenwel niet weg dat de SGP een normering van de democratie bepleit. Het mag immers niet zo zijn dat slechts en uitsluitend een meerderheid van stemmen uitsluitsel mag geven over de beslissende normen voor goed en kwaad.

De idee van een neutrale staat is een idee-fixe. Iedere staat heeft zijn eigen vorm van staatsgeloof. Het staatsgeloof anno 2008 is de democratische rechtsstaat, gebaseerd op een optimistisch mensbeeld: door middel van overleg en uitwisseling van standpunten zal besluitvorming op een zorgvuldige wijze tot stand komen. De mens is redelijk en beschaafd, en als hij goed over de dingen nadenkt en daar met anderen over debatteert, moet de meerderheid in staat zijn goede besluitvorming tot stand te brengen. Binnen een dergelijk systeem berust het oordeel over goed en kwaad bij de redelijkheid van de meerderheid.

De SGP vindt dit niet alleen een smalle, maar ook een wankele basis. De partij bepleit een externe normering van de democratische rechtsstaat. Dit komt omdat de partij een meer realistisch mensbeeld hanteert.

Elke democraat die de SGP van ondemocratische denkbeelden beschuldigt, moet erkennen dat bijvoorbeeld een meerderheidsbesluit tot herinvoering van de slavernij niet uitgevoerd kan en mag worden. Het te optimistische mensbeeld waarop het huidige staatsgeloof gebaseerd is, vertrouwt op de redelijkheid van de mens, zodat een dergelijk besluit niet tot stand zal komen. Uiteindelijk gaat het dus om de vraag of een meerderheid in staat is zich te vergissen. De SGP wil deze mogelijkheid zeker niet uitsluiten.

Het moderne staatsgeloof erkent uitsluitend de wil van de meerderheid, die hierdoor normstellend is. Het verdedigt een principieel pluralisme, waarbij verschillende waarheden naast elkaar bestaan. Een christelijke partij als de SGP, die zich niet zomaar hierbij neerlegt, krijgt dan algauw het verwijt de scheiding van kerk en staat te overtreden.

Externe normering

Groen van Prinsterer heeft reeds in 1849 opgeschreven waar een dergelijke interpretatie van het principe van de scheiding van kerk en staat in moet resulteren: „De zogenaamde scheiding, gelijk zij veeltijds aangeprezen wordt, is de vereniging met onverschilligheid en ongeloof en leidt tot onverdraagzaamheid en vervolging van al wat zich naar de praktische eisen van het ongeloof niet voegt.”

De democratische rechtsstaat behoeft in de ogen van de SGP een Bijbelse normering, omdat de waarborgen van die rechtsstaat niet uitsluitend in de handen mogen liggen van een willekeurige meerderheid van het moment. Deze externe normering van de democratische rechtsstaat ligt in de heilzame geboden van God. De SGP is ervan overtuigd dat zo’n externe normering van de democratie de mens niet onnodig beknelt. Deze normering beoogt daarentegen de beschermwaardigheid van het menselijk leven en het menselijk welzijn.

De normering heeft niets te maken met het ongedaan maken van de scheiding van kerk en staat. De SGP erkent de eigen terreinen van zowel de kerk als de staat. De partij functioneert binnen de democratische rechtsstaat en heeft geen intentie deze te ontmantelen. De partij streeft tolerantie na, houdt er geen tweederangsburgers op na en wijst iedere vorm van geweld resoluut af.

De vraag wordt hierdoor des te dringender waardoor de aversie tegen de SGP gevoed wordt. Hoe onterecht de vergelijking met de taliban is, moge inmiddels duidelijk zijn. Sterker nog: binnen het actuele debat over de positie van de islam wordt tegen schokkende zaken als eerwraak, mislukte integratie en oproepen tot haat en geweld vaak relatief mild opgetreden in vergelijking met de soms agressieve campagne tegen de SGP.

Wordt deze agressie dan toch deels gevoed vanuit de innerlijke vervreemding van of zelfs vijandschap jegens het christendom? Als dit het geval is, zijn de woorden van Groen van Prinsterer actueler dan ooit.

De auteurs zijn respectievelijk lid en beleidsmedewerker van de Eurofractie ChristenUnie-SGP. ”Eindstrijd” (Uitgeverij Van Praag) is samengesteld door Hans Jansen en Bert Snel.

2 opmerkingen:

Von_Dutch zei

aardig artikel.

ik vraag me wel af hoe een normering van de democratie aan de bijbel er in de praktijk uit zou moeten zien.
maar een vergelijking met de taliban is absurd.

Anoniem zei

Voor de duidelijkheid: Alleen Bas Belder heeft een artikel in het boek Eindstrijd geschreven. Niet samen dus met Dick Jan Diepenbroek De fout is al gemaakt in het Reformatorisch dagblad, waar Belder en Diepenbroek samen een artikel schreven.
Verder valt op dat alle reacties alleen gaan over datgene wat in het voorwoord en de inleiding is geschreven. Het voorwoord en de inleiding staan op de website van Pauw en Witteman. Dat heeft men kennelijk gelezen maar de rest van het boek niet. Het gevolg is dat er nogal wat onzin over het boek wordt verkocht, feiten worden verdraaid, nuances en verschillen in visie van de auteurs komen niet in beeld en men zich niet gehinderd voelt om op meta-niveau een mening te hebben, bijvoorbeeld over de kaft of de ontwerper daarvan. Om van argumenten ad hominem niet te spreken. Dat ook de WRR eens goed wordt doorgelicht wat betreft zijn wetenschappelijke vooroordelen over (de kwalijke kanten) van de islam blijft onvermeld.Het lezen van bijna 500 pagina's voor velen kennelijk een brug te ver.

Volgers