28 april 2010

Interview over Conservatisme, SGP en Wilders

Deze week verscheen er in het Christelijk Familieblad Terdege een interview met mij over Conservatisme, de SGP en Wilders. Omdat het niet online is te lezen hierbij het gehele interview op mijn blog.

NB. In de koptekst van de papieren uitgave spreekt men over Christelijk Café. Dit betreft een fout van de redactie die helaas niet meer te rectificeren was. Natuurlijk moet dit Conservatief Café zijn.



Hoewel de organisator van Conservatief Café jaren geleden nog enige sympathie
koesterde voor Wilders, heeft hij de SGP nooit verlaten. Wel vindt Wilco Boender dat reformatorische christenen veel meer moeten samenwerken met gelijkgestemden in de samenleving. „We kunnen ons geen exclusieve opstelling meer veroorloven.”


Hij praat graag en veel over het onderwerp dat hem fascineert.

Wilco Boender (36) is al ruim tien jaar gegrepen door het christelijk conservatief gedachtegoed dat een samenwerking met behoudende leden van diverse politieke partijen voorstaat. Conservatisme is volgens hem een politieke filosofie die staat voor een cultureel fundament in de samenleving.
Als organisator van het Conservatief Café ontmoet hij niet alleen SGP’ers maar ook CDA- en de VVD-stemmers.„De meesten van de bezoekers hebben wel iets met het christelijk geloof”, geeft hij aan. „We vinden elkaar als het gaat om een pessimistische mensvisie en het afwijzen van de gedachte dat de samenleving
maakbaar is.”
De christelijk conservatieven komen ook buiten het Conservatief Café
bijeen, onder de naam Christelijk Conservatief Beraad. De naar Amerikaans
voorbeeld tea party’s genoemde bijeenkomsten volgen elkaar in een steeds sneller tempo op. Nog de avond voor ons gesprek is een groep van 18 gelijkgezinde denkers bijeen in Utrecht. „We hebben besloten een congres te houden.
Op 15 mei, over de rol van de overheid en de burger.” Boender zelf is niet bij de organisatie ervan betrokken. Bewust. „Omdat ik graag dingen organiseer, rol je van
het een in het ander. Gelukkig heb ik een vrouw die me afremt. Bovendien kom je niet geloofwaardig over als je je sterk maakt voor het gezin en ondertussen zelf altijd afwezig bent.”

Wat is christelijk conservatisme?

„Christelijke conservatieven houden vast aan de tien geboden, de wetten van het Koninkrijk. Dat is de basis,naast de deugdenethiek van de klassieke filosofen. Zonder het christelijk geloof en het besef van een christelijk fundament gaat een samenleving te gronde. Met andere conservatieven hebben we gemeen dat we niet
geloven in de maakbaarheid van de samenleving. We maken ons sterk voor een beperkte rol van de overheid. Gezinnen en organisaties hebben een sterke eigen verantwoordelijkheid.”

Wat is het belangrijkste meningsverschil met ‘gewone’ conservatieven?

„Conservatieven hebben een pessimistisch mensbeeld en gaan ervan
uit dat de mens geneigd is tot alle kwaad. Dat hebben we gemeenschappelijk.
Niet-christelijke conservatieven hebben helaas vaak een liberale houding ten opzichte
van ethische standpunten. Ze zijn bijvoorbeeld persoonlijk wel tegen abortus maar willen dat recht een ander niet ontnemen.”

In de achterban van de SGP worden de activiteiten van de christelijk
conservatieven met enig argwaan gevolgd. Hoe verklaart u dat
?


„De afgelopen weken zie ik een kentering in die argwaan ontstaan. In zijn partijrede heeft Van der Vlies toenadering gezocht. Met name zal dit ook ontstaan zijn door de christelijk conservatieve stroming bij de SGP-jongeren die veel contact met
conservatieven hebben. De meeste SGP’ers onderschrijven onze standpunten over een kleine overheid, goed onderwijs, het belang van gezin en opvoeding, integratie en emancipatie en zo kan ik nog wel even doorgaan. Sommigen hebben moeite met
het feit dat het woord gereformeerd weinig gebruikt wordt door ons. Dat is nu juist ook onze bedoeling. Zonder zelf de gereformeerde waarheid los te laten wel de katholieke breedte in de maatschappij zoeken. Wij willen de samenwerking tussen mensen bevorderen.”

Een beweging met SGP’ers, CDA’ers en een afgedwaalde VVD’er, dat is toch lastig hanteerbaar?

„Wij zijn in de eerste plaats een onafhankelijke stroming, bezorgd over de
maatschappelijke ontwikkelingen.”

Maar niet geheel kritiekloos richting de SGP...

„Wij zoeken in alle gebrokenheid die katholieke breedte. Bij het invullen
van de stemwijzer komt de SGP landelijk tot wel vier of vijf zetels. Toch
worden die niet gehaald.”

Hoe komt dat?

„Het heeft te maken met het imago van de partij. Twee aspecten vallen daarbij op. Zo kunnen veel mensen niet uit de voeten met het begrip theocratie,iets waarover binnen de partij zelf overigens al twintig jaar lang wordt gediscussieerd. Een begrip dat
overigens ook in CDA- en CU-kringen verkeerd wordt uitgelegd, met alle gevolgen van dien. Daarnaast speelt de vrouwenkwestie, daar begrijpen veel mensen echt niets van.”

Schrappen dan maar, dat artikel 36? En het verbod op vrouwen inpublieke ambten opheffen?

„De verwerpelijke uitspraak van de Hoge Raad maakt de vrouwendiscussie intern wat wrang. Alle SGP-ers moeten zich nu onvoorwaardelijk achter de partij stellen. Zelfs conservatief liberalen komen nu op voor de SGP. Zelf heb ik geen probleem met vrouwen in politieke functies. Een conservatief standpunt laat voldoende ruimte om te benadrukken dat vrouwen primair in het gezin horen.
En als de kinderen de deur uit zijn, en een vrouw wil iets doen in de politiek, dan is dat toch prima?
Artikel 36, dat belijdt dat God deze ganse wereld regeert en bestuurt, behoort tot de beginselen. Dat is een waarheid die ik van harte onderschrijf, alleen zou je die alleen als een geloofsbelijdenis moeten lezen en zou je pragmatisch moeten handelen met godsdienstvrijheid. Dat doet de SGP in de praktijk ook al. De tijd van het
verwijzen naar de gewetensvrijheid ligt achter ons. De overheid dient te faciliteren dat de kerk vrijuit haar werk kan doen. Via het uitbreidende werk van de kerk zal dan met Gods zegen de valse godsdienst vanzelf verdwijnen.”

Pragmatisch handelen, dat past toch niet bij de SGP?

„Je zou het werk van de Tweede Kamerleden Van der Vlies en Van der Staaij eens nauwlettend moeten volgen. Velen in de achterban denken nog dat zij vele malen per week getuigen of prediken. Niets is minder waar, ze zijn heel praktisch bezig. In
zijn laatste algemene beschouwingen verwijst Van der Vlies bijvoorbeeld naar een conservatief denker als Ad Verbrugge en niet naar een uitspraak van een dominee. Maar hoe groot is de groep die de algemene beschouwingen compleet doorleest of beluistert?”


De islam is belangrijk in de discussie over onze cultuur en wortels. Wat is jullie standpunt?

„Als wij zeggen dat de christelijke cultuur het fundament onder onze samenleving is, betekent dat vanzelf dat er weinig ruimte voor de islam is. Echter binnen de kaders van de godsdienstvrijheid moet je de islam niet willen verbieden. Wel kun je met een verwijzing naar de christelijke ‘Leitkultur’ expliciete culturele en religieuze uitingen van de islam ontmoedigen. Denk bijvoorbeeld aan de fantastische minarettenmotie van Van der Staaij. Helaas heeft het CDA het religieuze gelijkheidsdenken ook breed geaccepteerd. Dat is één van de redenen waarom ik vind dat je als christelijk conservatief, in ieder geval op dit moment, in je politieke keuze bij de SGP uitkomt. Bij deze partij staat niet de religiegelijkheid, maar de christelijke traditie voorop.”

Toch vindt u de SGP vrij zacht in het islamdebat, eigenlijk te soft. Waarom?

„We mogen best zeggen dat het christelijk geloof leidend moet zijn en dat we geen samenwerking met de islam willen aangaan. Er wordt soms opgekomen voor de moslims
vanuit lijfsbehoud van de refo-cultuur. Dan doen we zelf ook mee aan het religieuze gelijkheidsdenken. We hoeven echt niet voor de moslims op te komen met het idee dat we dan voorkomen dat een volgende keer het christelijk geloof aan de beurt zou
zijn. Wel moeten we natuurlijk in gesprek blijven en via de kerken aan moslims het evangelie verkondigen.”

Is de islam gevaarlijk?

„Als je je een beetje in de islam verdiept, merk je al spoedig dat die ideologie zo strijdvaardig is en zo ver verwijderd is van de christelijke cultuur,dat samenwerking onmogelijk is. Ik zou niet weten waarom je hun ideologie niet vals mag noemen. Al moet je beseffen wanneer en op welke plek je dat doet. Natuurlijk moet
je het wel als een gegeven zien dat er hier een miljoen moslims wonen. We leven in een rechtsstaat. We mogen hen niet uitsluiten of wegpesten.”

Dat stevige standpunt heeft Wilders toch ook? Bovendien zegt hij de hoeder van het joods-christelijkegedachtegoed te zijn. Wat is er dan op hem tegen?

„Ik ben een keer bij een bijeenkomst met Geert Wilders geweest en heb hem toen gevraagd naar zijn visie op onze joods-christelijke wortels - hij noemt overigens ook de humanistische - en zijn inspiratiebronnen. Op de eerste vraag kreeg ik als antwoord dat tolerantie het belangrijkste kenmerk was, de tweede vraag werd genegeerd. Hij is een echte libertijn, op alle punten. Hij wil meer ontzag voor
agenten, maar ze mogen van hem ook meedoen aan de Gay Pride. Dat strookt toch niet met elkaar? Daarnaast is zijn vocabulaire van dermate laag niveau, dat zijn boodschap leeg en platvloers overkomt.”

Die botsende meningen over ethische punten, is dat niet fnuikend voor een brede conservatieve beweging?

„Dat kan een punt zijn, ja. Al moet je je afvragen of het in het politieke debat hier nog vaak om gaat. Ik denk dat er bij de Burkestichting in de beginjaren te veel is gekeken naar de Republikeinen in Amerika. Daar zie je orthodoxe christenen en nietchristenen goed samenwerken. Die situatie gaat in Nederland niet op. Gewone conservatieven hebben in Nederland vaak niets met het geloof,of zijn zelfs antireligieus, en christenen in Nederland zijn vaak links. De samenwerking blijkt veel losser te zijn dan gedacht.”

Ontmoet u veel sympathie voor Wilders in de achterban van de christelijke
partijen?


„Nee, niet veel. Al zal een deel van de Wilderskiezers uit deze partijen afkomstig zijn. Bij de SGP hakenjongeren af. Gestudeerden belanden vaak in CDJA-kringen. Een andere groep denkt veel minder na, leeft oppervlakkiger en koestert zeker sympathie voor Wilders. Bij het CDA zie je ook een verschuiving. Ik denk dat veel CDA’ers die een krachtiger islamgeluid voorstaan op de PVV stemmen, omdat ze de SGP te gereformeerd vinden. Terwijl ze inhoudelijk zo bij de SGP zouden kunnen aansluiten.”

Wat adviseert u de SGP?

„Zich erop te bezinnen of ze de belangen van het reformatorisch volksdeel wil verdedigen of dat ze een boodschap heeft die ook mensen van buiten de achterban kan aanspreken, zelfs orthodoxe roomsen. Ik vraag me af of de partij door de jaren
heen niet te veel theologie heeft binnengehaald. Ze kunnen beter meer pragmatisch bezig zijn en zich inzetten voor electorale winst uit het conservatieve volksdeel der natie. Dat gebeurt nu niet altijd, maar dan moet je volgens mij niet de politiek
ingaan. Politiek is ook gewoon business, in tegenstelling tot de kerk. Dit hoeft overigens niet ten koste te gaan van een persoonlijke getuigenis of belijdenis.”

Kan de christelijk conservatieve beweging ooit uitmonden in een eigen partij?

„Van ons hoeft er geen partij bij te komen. Maar ik acht het niet uitgesloten dat de libertijnen de komende jaren de macht grijpen en de laatste restjes van onze Christelijke cultuur zullen wegvagen. We vergeten wel eens dat het CDA ondanks alles in de voorbije decennia vaak een remmende factor is geweest. Je hebt dat gezien in de periode onder paars. Als het CDA niet vrijwel onafgebroken in de regering had gezeten, wat was er dan gebeurd? Misschien komt er in de toekomst wel een gezamenlijke beweging en worden we door de trieste vaderlandse omstandigheden
naar elkaar toe geslagen.”

Wilco Boender (36) is al enkele jaren actief als weblogger. Op het internet mengt hij zich in debatten over conservatisme en christendom. Boender was een tijdlang voorzitter van de SGP-jongeren in Gouda en is nu voorzitter van de Stichting Conservatief Café, dat sprekers uit de breedte van de conservatieve beweging uitnodigt. Met enkele gelijkgezinden richtte Boender enige tijd geleden ook het Christelijk Conservatief Beraad op.

Stem ook op de website van Terdege op de stelling:Wilco Boender wil geen verbod maar wel ontmoediging van de islam. Wilt u dat ook?

24 april 2010

11 mei Conservatief Café : Arend Jan Boekestijn

Op 11 mei aanstaande komt oud-VVD-Kamerlid en buitenlandcolumnist voor Elsevier Arend Jan Boekestijn een lezing geven in ons Conservatief Café.

Onlangs heeft Boekestijn een boek uitgebracht over de zin en onzin van ontwikkelingshulp: "De prijs van een slecht geweten: waarom hulp in haar huidige vorm niet werkt".

Op 29 januari jl. had ik het aangenaam genoegen om persoonlijk met Arend Jan kennis te maken. Ik kan u verzekeren dat Arend Jan, naast een boeiende spreker, een zeer sympathiek man is die op bevlogen wijze zijn visie ten gehore brengt. Kortom, een man om na afloop van zijn lezing het glas mee te heffen, of u het nu met hem eens bent of niet.



Van ons krijgt u op de avond koffie en thee. Bovendien krijgt u muntjes voor twee drankjes, en ook nog een paar lekkere borrelhapjes.

Locatie: De Zalm te Gouda.
De toegangsprijs is negen euro per avond, te voldoen bij de ingang.
Voor (student)donateurs en goldmembers is de toegang gratis.

Aanmelden is verplicht en kan zoals altijd via het formulier op www.conservatiefcafe.nl.

Locatie: De Zalm te Gouda.
Aanvang: 19:30, na 20:00 begint het programma.

Graaien en genieten, hoe dan ook

De column van Jan van Klinken van vandaag.
-Terzijde: Deze week bij mij thuis prettig persoonlijk kennis gemaakt met Jan van Klinken-wcb-


23-04-2010 15:31 | tekst Jan van Klinken

Je vrouw wordt invalide maar de verzekeraar doet moeilijk en weigert over de brug te komen. Je dient een claim in bij de rechtbank, je eis wordt ingewilligd en je wacht tot er wordt uitbetaald. Maar dat gebeurt niet.

Je meldt je op het kantoor van de verzekeringsmaatschappij, de Ohra, met de vraag wat het probleem is en je krijgt van de bedrijfsjurist te horen dat de tegenpartij in hoger beroep gaat. Hij weet op voorhand al wat de uitslag is. En inderdaad, de verzekeraar wordt door het hof in het gelijk gesteld.

Je legt je niet neer bij de uitslag. Je doet wat speurwerk en stelt vast dat de meervoudige kamer van het hof wel heel curieus is samengesteld. De vicepresident blijkt lid te zijn van de arbitragecommissie van Ohra; een andere raadsheer is een oud-collega van de Ohrahuisadvocaat en de advocaat die voor Ohra optrad, is plaatsvervangend raadsheer bij het hof. Die stond dus voor de eigen collega’s te pleiten.

Het overkwam ene Henk Rem ruim vijftien jaar geleden en hij was zo geschokt dat hij samen met anderen besloot te onderzoeken of er meer van dit soort dwarsverbanden te vinden waren. Wat het geval was. Het leidde tot het rapport Integriteit Rechterlijke Macht (IRM). Er viel in te lezen dat rechters allerlei bijbaantjes hadden en dat daarop niet werd gelet bij het toewijzen van zaken. Zo kon het gebeuren dat magistraten, die onafhankelijk heetten te zijn, vlees van het eigen huis zaten te keuren.

Schrijnend was het voorbeeld van een ex-Kamerlid die commissaris was bij een grote onderneming die verwikkeld was geweest in een rechtszaak. Henk Rem en de zijnen ontdekten dat het ex-Kamerlid familie had bij het hof van Amsterdam dat uitspraak had gedaan in de zaak.

De toenmalige minister van Justitie Sorgdrager zag in het rapport aanleiding om onmiddellijk de nevenfuncties van rechters openbaar te maken. Tegenwoordig is die lijst ook via internet te raadplegen (namenlijst.rechtspraak.nl).

De onthullingen van Rem kwamen me in gedachten toen ik las over de zaak-Koos H. Deze drievoudige kindermoordenaar zit al twintig jaar in een tbs-kliniek en het ziet ernaar uit dat hij daar de rest van zijn leven moet blijven. De man is onverbeterlijk.

Indertijd volgde ik als verslaggever zijn berechting. Boven in zijn huis had hij een geluiddichte kamer waar hij zijn slachtoffers eerst martelde voordat hij ze om het leven bracht. Zelfs doorgewinterde rechtbankverslaggevers kregen er kippenvel van. Hoe kon iemand zo sadistisch zijn?

Verslaggever Peter de Vries wist gedaan te krijgen dat Koos H. in de tbs-kliniek zijn verhaal deed tegenover een oude jeugdvriend. Op verzoek van De Vries droeg de man stiekem opnameapparatuur bij zich. Over het uitzenden van de opnames ontstond de afgelopen weken een juridisch steekspel.

De Vries zond toch uit en zo kwam aan het licht dat Koos H. vaak kinderporno aan de voormalige vicepresident van de rechtbank in Den Haag had geleverd. Ook had hij twaalf jaar lang een homoseksuele relatie met deze rechter gehad. In ruil voor de seksuele diensten, die in de Haagse woning van de rechter werden verleend, zorgde de rechter ervoor dat Koos H. werd vrijgesproken van een gewapende overval.

Twee jaar later pleegde deze zijn eerste kindermoord. De magistraat diende zelfs een gratieverzoek voor hem in, dat gelukkig werd afgewezen.

Na zijn veroordeling kreeg Koos. H. naar eigen zeggen bezoek in zijn cel van een advocaat-generaal en twee agenten van de toenmalige Binnenlandse Veiligheidsdienst (BVD). Koos H. zegt onder druk te zijn gezet om de zaak in de doofpot te houden.

Rechters dienen onkreukbaar te zijn, net als notarissen. Toch lijkt het alsof ze steeds vaker in opspraak zijn. Begin jaren 80 kwam uit dat een Amsterdamse notaris samenwerkte met speculanten en de boel op grote schaal had opgelicht. Dat veroorzaakte toen grote deining. Een notaris die niet zuiver op de graat was, dat was ongehoord. De laatste tien jaar worden er aan de lopende band notarissen geschorst wegens dubieuze praktijken. Maar veel ophef veroorzaken die uitspraken niet meer. We zijn eraan gewend geraakt. Hetzelfde geldt, zij het in mindere mate, voor maatregelen tegen rechters.

Nu ben ik niet van de school die geen enkele functionaris meer vertrouwt, die suggereert dat alle rechters en officieren van justitie bij voorbaat verdacht zijn, politici allemaal doortrapte zakkenvullers zijn en ambtenaren per definitie de eigen belangen dienen. Dat valt reuze mee, zeker als we dat vergelijken met andere landen. Dan hoef je nog niet eens zo ver buiten de grenzen te gaan.

Maar dat er iets aan de hand is, valt moeilijk te loochenen. Sinds de samenleving in de jaren 60 van de vorige eeuw van haar ankers is geraakt, heerst een graai- en genotcultuur. Dat graaien en genieten gaat desnoods ten koste van anderen en (dus) van de eigen integriteit. Geen enkele categorie of beroepsgroep lijkt eraan te ontsnappen. Niet die van bankdirecteuren en notarissen noch die van priesters en leden van de rechterlijke macht. Het is een ziekte die epidemische vormen heeft aangenomen.

18 april 2010

15 mei Congres: "Samenleving op Drift"


Het eerste congres van het Christelijk Conservatief beraad zal op 15 mei 2010 van 10.00 uur tot 14.00 uur worden gehouden op Kasteel De Vanenburg te Putten.

Voor meer info verwijzen wij u naar onderstaande uitnodiging. (klik voor grootformaat)

Wij hopen u daar te kunnen ontmoeten.

Aanmeldingen kunnen per email worden verzonden naar
christelijkconservatief@gmail.com






14 april 2010

Tégen de gelijksheidgod. Steun SGP!



Alleen al alle berichtgeving, columns en blogs volgen is de afgelopen dagen een avondvullende bezigheid. Hartverwarmend is om te zien hoeveel steunbetuigingen er zijn voor de oudste politieke partij van Nederland. Steunbetuigingen die vergezeld gaan van een sterke protestgeluiden tegen de uitspraak van de gelijkheidsgod genaamd Hoge Raad.

Om des tijds wille en omdat er al zoveel goeds is geschreven afgelopen dagen door vooral niet-SGP-ers ga ik verder niet inhoudelijk in op de uitspraak en de eventueel verstrekkende gevolgen hiervan voor samenleving, maatschappij en de christelijke minderheid.

Het is geen geheim dat ik geen problemen zou hebben met een vrouw in een politieke functie binnen de SGP. Afgezien van het feit of er überhaupt SGP-vrouwen die dit ambiëren te vinden zijn. De christelijk conservatieve SGP-vrouw Maaike Langeraar-Verhoeks bewees vorige week in het programma Pauw en Witteman dat SGP vrouwen dermate intellectueel niveau kunnen bezitten dat ze zo politica voor de Staatkundig Gereformeerden zouden kunnen worden. Maaike, een TOP SGP-vrouw! Echter het zijn nog altijd diezelfde SGP vrouwen die ZELF wel kunnen uitmaken of ze dit willen of niet. Daar zijn de Clara's echt niet voor nodig.

De vrouwendiscussie binnen de SGP duurt misschien al veel te lang en is zeker niet positief geweest voor het imago van de partij.
Echter om op dit moment deze discussie intern weer op te pakken is onmogelijk, niet raadzaam en zal niet bevorderend zijn voor de saamhorigheid binnen de partij. En juist die saamhorigheid krijgt nu wel gestalte. Juist op dit moment is het van groot belang dat SGP-ers, hoe ze ook persoonlijk over het vrouwenstandpunt denken, samen met conservatieven en seculieren die dit ook niet accepteren, een front vormen tegen de gelijkheidsgoden van D66 en aanverwante liberale jihadstrijders.

Elk initiatief om dit een halt toe te roepen moeten we dan ook van harte steunen. Een waardige "potestactie" is op zijn plaats en moet onvoorwaardelijk door ons allen gesteund worden.
Lijdzaam afwachten wat er volgend jaar op de agenda komt te staan van deze gelijkheidsgoden mag en kan onze houding toch niet zijn.

Enkele namen van niet-SGP-ers die ons hierin steunen mogen wel expliciet vermeld worden.

Amanda Kluveld (historicus en Volkskrantcolumniste) schreef een prachtige SGP-column

Bart Jan Spruyt schreef er een column over voor Binnenlands Bestuur en schrijft deze week zook zijn Elsevier-column over de SGP.

Jos Strengholt (Anglicaan, publicist en leeft en werkt in Cairo) overweegt zelfs SGP te gaan stemmen

en last but not least:

Arendo Joustra (hoofdredacteur Elsevier)
Omdat alleen elsevier abonnees deze column kunnen lezen plaats ik zijn commentaar hieronder. (bron: elsevier.nl)

Gun SGP toch de vrijheid om eigen weg te volgen

Leven en laten leven is een goed liberaal principe. Helaas zijn er scherpslijpers die vinden dat heel Nederland gelijkgeschakeld moet worden

Door Arendo Joustra

Je hoeft het niet eens te zijn met de SGP om de partij toch haar vrijheid te gunnen
Zo zijn vijf organisaties van vrouwen- en mensenrechten al jaren bezig met het treiteren van de Staatkundig Gereformeerde Partij (SGP). Ze vinden dat deze oudste politieke partij van Nederland ook vrouwen op de kieslijst moet zetten. Want anders is sprake van ‘discriminatie’.

Democratie
De Hoge Raad, het hoogste rechtscollege, heeft zich vrijdag achter dit fundamentalistische vrouwenstandpunt geschaard. Maar wie is hiermee geholpen? Als er in de SGP al vrouwen zijn die een politieke functie ambiëren, kunnen zij een eigen partij oprichten. Een vrouwvriendelijke SGP als het ware. Het zou pas discriminatie zijn als dat niet zou kunnen.

In een democratie moeten politieke groeperingen de mogelijkheid hebben te ageren tegen de grondvesten van de samenleving. Daarbij is het logisch dat zo’n partij haar eigen standpunt in praktijk brengt en naleeft. Dat heet ‘vrijheid van vereniging’. Voor de SGP geldt nog dat een beroep kan worden gedaan op de ‘vrijheid van godsdienst’. Het is onbegrijpelijk dat de Hoge Raad, anders dan de Raad van State, hiervoor geen oog heeft. Een beetje mallotig verschuilt het rechtscollege zich achter het Vrouwenverdrag van de Verenigde Naties, alsof dat voor dit soort kwesties is opgesteld.

COC
Het grootste verwijt geldt voor de aanstichters van dit onheil. Waarmee gaan die vijf treiterorganisaties zich nog meer bemoeien? Straks gaan ze de homobelangenorganisatie COC nog opdragen een hetero als voorzitter te aanvaarden. En moet een man de kans krijgen de Nederlandse Vrouwenraad te gaan leiden. Wat een onzin. Laat de SGP toch met rust. Je hoeft het niet eens te zijn met het standpunt van de SGP om toch die partij de vrijheid te gunnen naar eigen goeddunken haar organisatie te runnen. Groot zal de partij met dit abjecte principe niet worden, maar dat is haar eigen keuze.

De fundamentalistische ijver van de vijf treiteraars is een betere zaak waardig. Genoeg verre buitenlanden waar vrouwen daadwerkelijk worden gediscrimineerd.

Vakbonden, ’t blijft wennen

09-04-2010 19:10 | Jan van Klinken

Treinreizigers die enkele weken geleden de stationshal van Utrecht Centraal aandeden, zullen vreemd hebben opgekeken van de enorme rommel die zich daar had opgestapeld. Het schoonmaakpersoneel bleek te staken. En we moeten rekening houden met meer van dit soort taferelen. De acties van de schoonmakers gaan nog steeds door. Ook in Amsterdam zijn stakingen op handen. Daar dreigt op Koninginnedag een chaos als gevolg van onvrede onder de vuilnisophalers.

We zijn dat in dit land niet meer gewend, ontregeling van het dagelijks leven als gevolg van stakingen. Vakbondsacties beperken zich tegenwoordig vooral tot vreedzame manifestaties. Pas belandde ik in zo’n evenement, eveneens in de domstad. Volgens mij waren het diezelfde schoonmakers. Er liepen mensen met rode hesjes die de orde bewaakten. Ze hoefden nauwelijks in actie te komen. Het publiek liep ongestoord voorbij. Er stond een vrachtwagen die voor de catering zorgde en er waren Dixietoiletten geplaatst. Politie was nergens te bekennen. Die was ook niet nodig. Van enige agressie of wanordelijkheid was geen sprake.

Wie het nog niet wist, kon het hier zien: vakbonden zijn heel loyale clubs geworden. Het gebeurt slechts zelden dat ze nog stakingen uitroepen. Dat was pakweg 35 jaar geleden totaal anders. Vakbonden waren toen radicale organisaties waarmee je het als ondernemer niet aan de stok moest krijgen. Om het minste of geringste werd het werk neergelegd. Als het moest, werden bedrijven net zo lang tot doelwit uitgekozen tot aan de eisen van de bonden was voldaan. Bazen die niet wensten te buigen, moesten er serieus rekening mee houden dat hun onderneming kapot werd gestaakt.

Met name de metaalsector stond bekend om zijn agressieve vakbondsacties. De voorman in die sector heette Arie Groenevelt. Als voorzitter van de NVV (later opgegaan in de FNV) was hij de schrik van de werkgeversorganisaties. Die man straalde een en al woede uit. Op zijn naam staan tal van heftige stakingen. Berucht waren ook de havenwerkers. Onder hen waren zelfs maoïstisch georiënteerde cellen actief. Die beschouwden werkgevers per definitie als kapitalistische uitzuigers die niet hard genoeg in hun portemonnee konden worden getroffen. De latere politicus Paul Rosenmöller was leider van zo’n beweging.



Begin jaren tachtig kenterde het tij. De bonden zagen de werkloosheid snel oplopen en besloten zoete broodjes met de werkgevers te bakken. Polderen, heet dat tegenwoordig. Een van de laatste stuiptrekkingen van de arbeidersbeweging was de havenstaking van 1979, die maar liefst drie weken duurde. De sfeer in Rotterdam was om te snijden. Stakers trokken in grote zwermen op naar de kantoorgebouwen van de verladers en dreigden grootschalige vernielingen aan te richten. Met gevaar voor eigen leven wisten massaal opgetrommelde pelotons van de mobiele eenheid de orde te herstellen, maar het leek wel oorlog.

Het politieke en maatschappelijke speelveld was toen vrij strak opgedeeld in links en rechts. Wij van rechts waren fel tegen vakbonden. Die ondermijnden het gezag en maakten de boel kapot. Daar wilde je niet bijhoren. Bonden waren heel erg fout.

Er waren ook uitzonderingen. Ergens in de jaren tachtig stond er een interview in deze krant met een Arnemuidenaar die het voor de bonden opnam. Hij behoorde tot de achterban maar had zo zijn redenen om een goed woordje voor de bonden te doen. Hij had de vooroorlogse periode nog meegemaakt, de tijd dat de herenboeren het op het Zeeuwse platteland nog voor het zeggen hadden. De enkele goeden niet te na gesproken behandelden zij hun personeel als slaven.

Om een idee te geven van de barre omstandigheden een enkel citaat uit het boek ”Landarbeiders” van Kees Slager. Ene Toon vertelt: „Toen ik 16 jaar was ben ik knecht geworden. Ja, dat weet ik nog goed. Dat was van de éérste dag af: ’s morgens om 3 uur in de schuur zijn… In den donker met de lantaarn bij de paarden: mesten, voeren en kammen en zomaar wat over en weer lopen. Maar je moest er om 3 uur wezen. Als ik dan daarmee klaar was kreeg ik twee sneetjes brood van de boer. Twee sneetjes! En dan niks meer tot acht uur. Dus vijf uur werken op twee sneetjes. Dan klapperde m’n buik tegen m’n rug aan! Nou mocht je wel bij de boer aan tafel eten. In de keuken. Ik zal ’t nooit vergeten, die eerste ochtend: ik kreeg wéér twee sneeën brood. Maar die boer en de vrouw aten volop brood met spek, of zult of gekookte eiers. Maar ik kreeg dat niet! Ik had stróopvet op m’n twee sneetjes.”

Het waren regelrechte wantoestanden en het is mede aan de bonden te danken dat daaraan een eind kwam. Dat was de boodschap van die man uit Arnemuiden. Maar veel lezers namen hem die niet in dank af. De telefoon bij de geïnterviewde stond roodgloeiend. Bonden hadden revolutie ontketend en hoe durfde hij het in zijn hoofd te halen om daar zo positief over te doen?

Hij heeft toen maar een brief in de krant laten plaatsen waarin hij wat gas terugnam. Daarmee was de brand geblust. Toch moest ik in Utrecht nog aan hem denken. In mijn hart moest ik hem gelijk geven maar het kostte me, net als die protesterende lezers, moeite. Nog steeds dus.

5 april 2010

A Celebration of Hope.

A Celebration of Hope (by Sarah Palin)

For many of us, the arrival of Easter means the arrival of a new season of joy – of Easter parades, Easter egg hunts, chocolate bunnies, and sweet Peeps topping off a family meal. Some may wonder why we merrily celebrate at a time when we’re remembering Christ’s crucifixion on the cross. And there is something to that. Good Friday is, after all, about God who became Man, dying on the cross for our sins. And yet we celebrate Easter Sunday, and we are right to do so.

“For God so loved the world, that he gave his only begotten Son, that whosoever believeth in him should not perish, but have everlasting life” (John 3:16). This one verse sums up the miracle that is the Easter season and helps explain the celebration. Yes, Christ died for us, but in the end Easter isn’t a season of sadness. Ultimately, the story of Christ’s rising from the dead three days after the crucifixion is the story of the triumph of hope over despair.

Hope is one of America’s unique virtues. Hope makes us dream and achieve the seemingly impossible. It’s who we are, and it’s why we’re able to always believe that our best days are yet to come, both for our families and for our country. Easter time reminds us that we have every right to believe that this hope is based on time-tested truths and a solid foundation.

On behalf of the Palin family, I wish you all a peaceful and reflective Good Friday and a blessed and happy Easter Sunday.

- Sarah Palin.

Volgers