2 november 2011

Van koningin Beatrix weten we veel, behalve hoe ze over geloof denkt

Column Jan van Klinken 17-10-2011

Verslaggever Ivo van der Linden gaat voor het tv-programma Dwarsdoorsnee op pad om de beroemde pianiste Riki Maserati te interviewen. De bedoeling is dat hij haar het hemd van het lijf zal vragen. Een diepte-interview, heet dat in vaktaal. Zo’n klus kun je wel aan Ivo overlaten. Hij is het als tv-interviewer gewend om met de upper ten van hart tot hart te spreken.

In vrij ruime kring is bekend dat Riki een bijzondere band heeft met haar tien jaar geleden overleden moeder. In gedachten praat ze nog iedere dag met haar. Ze is haar drijfveer, haar grote inspiratiebron. Op haar website zegt ze er ontroerende dingen over.

Als Van der Linden het interview heeft gemonteerd en het gesprek de ether in gaat, blijkt dat hij een schitterend portret van de pianiste heeft gemaakt maar dat de moeder van de geïnterviewde ontbreekt. Op geen enkele manier komt ze ter sprake. Tv-recensenten noemen het een raadsel. Hoe is het mogelijk dat dit onderdeel ontbreekt? Zo kan er toch geen compleet profiel ontstaan? Sommigen suggereren dat Van der Linden slecht met de moeder overweg kon en vond dat iedereen haar moest negeren. Toch mag zo’n persoonlijk gevoel geen rol spelen bij het maken van een portret, zo luidt het algemene oordeel. De interviewer is er ten dienste van de geïnterviewde. Zijn voorkeuren en afkeren mogen geen doorslaggevende rol spelen. Conclusie van de recensenten: een gemiste kans, een betreurenswaardige tekortkoming.

Zo ben ik weer terug bij Hella Haasse, van wie we in de vorige aflevering zagen dat ze niet van een goddelijke instantie wilde weten. „Wat van nu af aan moet gelden voor ons is gelovig te zijn zonder God”, zo verklaarde ze eens. Uitgerekend zij mocht koningin Beatrix interviewen. Het was het eerste grote interview dat Beatrix zich als vorstin liet afnemen. Dat gebeurde in 1988 ter gelegenheid van de 50e verjaardag van de majesteit.

Haasse moet toen voor een dilemma hebben gestaan. Het kan niet anders of bij de voorbereiding moet zij hebben vastgesteld dat de koningin een diepgelovige vrouw is.

Doordat ik de afgelopen periode een tweetal boeken over Beatrix redigeerde, kwam ik dat zelf ook tegen. Een van de boeken die ik samenstelde, bevat de weergave van de vier grote tv-interviews die de koningin sinds haar aantreden in 1980 heeft gegeven en dan thematisch opgedeeld. Ik ga op dat boek nu verder niet al te diep in want dit is geen reclamepraatje, maar ik kan u wel aanraden het te kopen. Mocht u evenwel besluiten dat niet te doen, wat ik uiteraard zeer betreur, dan mist u onder andere het hoofdstuk over het geloof van de koningin.

Daarin komt de toespraak aan de orde die Beatrix hield in de Nieuwe Kerk vlak voordat ze de eed op de Grondwet zou afleggen tijdens de inhuldigingsplechtigheid op 30 april 1980. Ze verklaarde toen dat ze de taak die ze op zich nam, niet in eigen kracht kon volbrengen maar in haar geloof. „Zo liggen mijn allerdiepste wortels in ons volkslied: Mijn schild ende betrouwen zijt Gij, o God, mijn Heer!” vervolgde ze.


Dat was een getuigenis om kippenvel van te krijgen. Het is een zo cruciale verwijzing van de koningin naar haar diepste drijfveren dat het Haasse bij het doornemen van alle documentatie niet kan zijn ontgaan. Toch presteerde ze het om over het geloof van Beatrix geen enkele vraag te stellen. Althans, die conclusie dringt zich op omdat het onderwerp op geen enkele manier aan de orde komt. Werkelijk, geen woord erover.

In haar voetsporen meenden ook twee andere interviewers het geloof van de koningin te kunnen laten rusten. Het betreft de journalist W. L. Brugsma, die Beatrix samen met prins Claus in 1991 interviewde, en de journaliste Maartje van Weegen, die de koningin in 2000 uitgebreid aan het woord liet. Wat me vooral opviel, was dat Beatrix vrijwel geen enkele vraag uit de weg gaat. Het betreffende boek, dat volgende week uitkomt, heet niet voor niets ”Openhartig”. Ik ben er dan ook vast van overtuigd dat er een boeiend gesprek op gang zou zijn gekomen als de interviewers de koningin over haar geloof hadden bevraagd. Maar niets van dat alles. Een gemiste kans, een betreurenswaardige tekortkoming.

Ere wie ere toekomt: de hoogleraar en publiciste Dorien Pessers sneed het onderwerp wél aan. Zij verzorgde het tv-interview van 2005 en hoewel zij zelf nooit betrapt kon worden op enige religieuze betrokkenheid, weerhield haar dat er niet van om Beatrix voor te houden dat ze koningin is bij de gratie Gods. Zo hoort het. De interviewer die persoonlijke aversies en voorkeuren opzijzet om de geïnterviewde zo goed mogelijk tot zijn of haar recht te laten komen. Pessers hield het helaas kort maar vooruit, het was in ieder geval iets.

En nu maar hopen dat de majesteit zich voor of ter gelegenheid van haar naderende afscheid nogmaals uitvoerig laat interviewen en dan wel de kans krijgt over haar zielenleven te vertellen. Het zou toch werkelijk onvergeeflijk zijn als we straks een vorstin uitzwaaien over wie we best veel weten behalve over haar allerdiepste wortels.

Geen opmerkingen:

Volgers